Soms zie je een boom en eigenlijk zie je al gelijk van een afstand, die is perfect. Als je dichterbij komt zie je dat je gelijk hebt, de ideale klimboom! De boom is dik en stevig, hij kronkelt mooi en hij begint laag met vertakken zodat je meteen een goed startpunt hebt. Ook is de boom mooi hoog, misschien kun je vanaf boven wel over de andere bomen in het bos heen kijken. Of vanaf de derde tak zwaaien naar je vader of moeder! Want hoe hoog je klimt is niet belangrijk, zolang jij het maar leuk vind en durft: het is geen wedstrijd!
Spelen met en op hoogte is één van de verschillende soorten van riskant spel. Boomklimmen en andere activiteiten op hoogte zijn goed voor de motorische vaardigheden, kinderen (en volwassenen!) worden motorisch beter, fysiek sterker, krijgen meer ruimtelijk inzicht en leren diepte en snelheid in te schatten. Klimmen in bomen is één van de leukste en geliefdste activiteiten van kinderen. Maar voor ons volwassenen is het soms moeilijk kinderen niet te remmen in hun ontdekking hierin. In plaats van ‘Pas op!‘ roepen, kun je kinderen bepaalde vaardigheden en aandachtspunten leren om veilig boom te klimmen.
We nemen je graag even mee door het hoe en wat van boomklimmen! Waar let je op voordat je op een tak gaat staan? En hoe zorg je dat je veilig omhoog klimt? Als bron vonden we onder andere deze set aan regels op Ouders van Nature.
Waar let je op voordat je op een tak gaat staan?
Voordat je met al je gewicht op een tak gaat staan let je op de volgende punten:
- Hoe dichter de tak bij de stam, hoe dikker en steviger de tak is.
- Natte takken zijn glad (helemaal met een laagje mos erop), houd je dan extra goed vast, mijd deze takken of kom een andere keer terug wanneer het droog is.
- Dode takken breken. Zo kun je ze herkennen: ze zijn al gebroken of de schors is gebladerd en in de lente en zomer groeien er geen bladeren aan deze takken. Dode takken sla je over.
- Buigt een tak wanneer je erop wilt gaan staan? Dan zijn ze te dun voor jouw gewicht.
Hoe zorg je dat je veilig omhoog klimt?
- Met twee handen en twee voeten aan en op de boom ben je het veiligst. Om je te verplaatsten laat je maar één van de vier los. Altijd met twee voeten en één hand aan de boom of met één voet en twee handen.
- Klim zo veel mogelijk met je gezicht naar de stam. Zo kun je je altijd oriënteren en zie je wat je aan het doen bent.
- Ga niet over je eigen grenzen. Zodra je angstig wordt, krijg je wiebelbenen en heb je meer kans om uit de boom te vallen. Ga zo hoog als dat je zelf leuk vindt.
- Kijk om je heen, maar alleen met twee voeten en twee handen op en om de boom! Wat kun je allemaal zien?
Wat zijn geschikte bomen om in te boomklimmen?
De perfecte klimboom is voor iedereen anders, dit ligt bijvoorbeeld aan je leeftijd (en daarbij behorende motorische ontwikkeling en lengte), de hoogte waarbij je je prettig voelt en aan je ervaring met boomklimmen. Maar ook kenmerken van de boom zijn belangrijk: zo breken de takken van snelgroeiende bomen (populieren en tulpenbomen bijvoorbeeld) sneller af. Hardhouten bomen zijn geschikter (eiken, volwassen esdoorns of dennen). Daarbij maakt het uit hoe laag de boom begint met vertakken, de dikte van de takken, liefst zonder stekels/prikkels.
In de tuin waar wij deels zijn opgegroeid hadden we oude appel- en perenbomen, deze zijn ook erg geschikt om op te klimmen en je klimskills te verbeteren.
Je vindt overigens steeds meer aangelegde natuurspeeltuinen. Dit zijn speeltuinen met natuurlijke materialen. Je kunt hierbij denken aan boomstronken waarover je kunt springen, een geplante klimboom of een goed vertakte dode boom op de zijkant.
Klimt jouw kleine graag in bomen? En jijzelf? Laat het ons weten via Instagram!